Nilotinib (tasigna)

1 Werking en toepassingen
Wat doet dit medicijn en waarbij wordt het gebruikt?De werkzame stof in Tasigna is nilotinib.

Nilotinib is een kankerremmende stof (cytostaticum). Het is een tyrosinekinaseremmer. Deze medicijnen remmen de groei van cellen.
Artsen schrijven nilotinib voor bij bepaalde vormen van kanker.


Kanker
Kanker is een verzamelnaam voor meer dan honderd verschillende aandoeningen, waarbij lichaamscellen zich ongeremd vermenigvuldigen. Het gevolg is tumoren (gezwellen) of afwijkingen in bloed en lymfebanen. Het is een ernstige ziekte die fataal kan zijn als men er niets aan doet.
Dankzij nieuw onderzoek is tegenwoordig goede behandeling voor veel soorten kanker mogelijk. Nilotinib helpt bij de bestrijding van:
  • Chronische myeloïde leukemie (CML), Dit is een kanker in het beenmerg, waarbij een bepaald type voorlopercellen van het bloed te veel wordt aangemaakt.
  • Gastro-intestinale stromale tumor (GIST): een kanker van het weefsel van de maag en darmen.
Oorzaak
In elke cel zit DNA. DNA bevat de erfelijke eigenschappen van ons lichaam, zoals de bloedgroep en de kleur van de ogen. Door het DNA weten cellen wat ze moeten doen, bijvoorbeeld ook hoe snel ze zich moeten delen. Bij een celdeling ontstaan uit één cel twee dochtercellen, met exact hetzelfde DNA als de moedercel. Als het stukje DNA dat de celdeling bestuurt beschadigd raakt, kan de cel zich sneller gaan delen. De dochtercellen van elke cel bevatten dezelfde beschadiging in het DNA. Daardoor gaan ook deze cellen zich ongeremd delen, met kanker tot gevolg.

Bij chronische myeloïde leukemie heeft onderzoek aangetoond dat het DNA van de chromosomen 9 en 22 zijn beschadigd, waardoor ze aan elkaar vast gaan zitten. Dit koppel chromosomen wordt het Philadelphia-chromosoom genoemd. Het Philadelphia-chromosoom veroorzaakt de foutieve groei van de beenmergcellen.
Hoe de beschadiging in het DNA ontstaat, is vaak onbekend. Het lijkt soms te komen door chemische stoffen als teer in tabaksrook, of door asbest, alcohol, te veel of te vet voedsel, straling of door een erfelijke aanleg.
Verschijnselen
Kanker is een verraderlijke ziekte. Elke kankersoort veroorzaakt weer andere klachten. In het beginstadium zijn er vaak helemaal geen verschijnselen.
Sommige klachten komen bij vrijwel alle kankersoorten voor, zoals erge vermoeidheid, gebrek aan eetlust en sterke vermagering (bijvoorbeeld meer dan drie kilo per maand).

  • Bij chronische myeloïde leukemie (CML) is in eerste instantie alleen de milt vergroot. Na verloop van jaren kunnen er ook klachten van extreme moeheid, bloedingen en pijn boven in de buik ontstaan.
  • Bij GIST (gastro-intestinale stromale tumor) bloed bij de ontlasting of zwarte ontlasting door verteerd bloed. Bovendien kunt u ernstige buikklachten en verstopping krijgen.
Behandeling
De behandeling hangt af van het soort kanker en het stadium van de ziekte. Bij chronische myeloïde leukemie wordt meestal het cytostaticum imatinib gegeven. Nilotinib wordt gebruikt als imatinib niet meer voldoende werkt of niet kan worden gebruikt. Binnen enkele dagen tot weken moet het bloed weer normaal zijn. Daarna moet de behandeling worden voortgezet.

Werking
Nilotinib remt een groei-eiwit (een 'kinase') van kankercellen. Hierdoor voorkomt het dat kankercellen groeien en uitzaaien.


Klik voor meer informatie over medicijnen bij kanker.

2 Bijwerkingen
Uitleg frequenties:

Regelmatig
: bij meer dan 30 op de 100 mensen
Soms
: bij 10 tot 30 op de 100 mensen
Zelden
: bij 1 tot 10 op de 100 mensen
Zeer zelden
: bij minder dan 1 op de 100 mensen


Op welke bijwerkingen moet ik letten?Dit medicijn heeft een krachtige werking op de celdeling, vooral van kankercellen, maar ook van gezonde lichaamscellen. Hierdoor kunnen bijwerkingen ontstaan, bijvoorbeeld op plaatsen waar de cellen zich van nature snel delen. Dit zijn de slijmvliezen van mond, maag en darmen, de huid, de haren en het bloed.
Door de lijst van bijwerkingen kan het lijken dat het middel erger is dan de kwaal. Maar de bijwerkingen komen lang niet bij iedereen in dezelfde mate voor. Bovendien gaan de bijwerkingen na stoppen met de behandeling geleidelijk over.
De belangrijkste bijwerkingen kunnen zijn maagdarmklachten, bloedarmoede, bloedingen, infecties, huiduitslag, hoofdpijn, vermoeidheid, vasthouden van vocht, duizeligheid, tintelingen, gevoel van zwakte, spier-, bot- of gewrichtspijn, opvliegers, haaruitval, droge huid, hoest, benauwdheid, spraakstoornissen en hartkloppingen.
Soms

  • Maagdarmklachten, zoals misselijkheid en braken, verstopping, diarree. Zelden ook winderigheid, buikpijn, zuurbranden, maagpijn en een verminderde eetlust. Hierdoor zelden gewichtsverlies. Deze bijwerkingen ontstaan door ontsteking van de slijmvliezen van slokdarm, maag en darmen. Om maagpijn en brandend maagzuur te bestrijden, kan de arts een maagbeschermend middel voorschrijven. Bij misselijkheid schrijft de arts een antibraakmiddel voor. Mogelijk helpt het om vaker te eten, maar dan kleine beetjes. Zorg dat u extra drinkt als u diarree heeft en moet overgeven. Zelden ernstige diarree. Neem contact op met uw arts als u behalve uw normale ontlastingpatroon viermaal of vaker per dag dunne ontlasting heeft of als u ook 's nachts diarree heeft. Soms is het nodig om uitdroging te voorkomen met medicijnen tegen diarree of met een vochtinfuus. Ook als u vaker dan één keer per dag moet braken, moet u de arts waarschuwen.
  • Bloedarmoede, een verhoogde kans op infecties en een verhoogde kans op bloedingen, zoals bloedneuzen. Deze bijwerkingen ontstaan doordat het lichaam minder rode en witte bloedcellen en minder bloedplaatjes aanmaakt. Neem bij de volgende verschijnselen contact op met uw arts: onverklaarbare koorts of keelpijn, blaasjes in de mond en keel, extreme vermoeidheid, bleke huid en bleke slijmvliezen, bloedneuzen, blauwe plekken, zwarte ontlasting en onderhuidse bloedingen. Door het tekort aan witte bloedcellen bent u ook bevattelijker voor infecties door virussen, bacteriën of schimmels. Neem altijd contact op met uw arts bij infecties als verkoudheid, keelontsteking, griep, steenpuisten en andere huidinfecties. Soms is het nodig de dosering te verlagen of de volgende toediening uit te stellen. Soms zijn er medicijnen mogelijk om de aanmaak van bloedcellen te stimuleren. De arts zal uw bloed daarom tijdens de behandeling regelmatig laten controleren. Het bloed herstelt zich weer als u stopt met de behandeling.
  • Huiduitslag (rode jeukende huid met bultjes). Raadpleeg uw arts of verpleegkundige als u hier last van heeft. Deze kan beoordelen of de uitslag ernstig is.
  • Hoofdpijn.
  • Vermoeidheid.
Zelden
  • Vasthouden van vocht, onder andere in de buik en de longen. Hierdoor kunt u last krijgen van benauwdheid, opgezwollen enkels of zwellingen rond de ogen (bijvoorbeeld wallen). Ook kan uw gewicht toenemen. Bel uw arts als u merkt dat u binnen enkele dagen meerdere kilo's bent aangekomen of als u het benauwd krijgt door ophoping van vocht in de longen.
  • Duizeligheid of draaierig gevoel.
  • Doof of tintelend gevoel in de huid.
  • Gevoel van zwakte, slaperigheid of slapeloosheid.
  • Pijn in spieren, gewrichten of botten, spierkrampen, overmatig zweten en opvliegers, vooral 's nachts.
  • Haaruitval.
  • Droge jeukende huid.
  • Hoest, benauwdheid. Raadpleeg uw arts bij deze klachten.
  • Heesheid en tijdelijk stemverlies.
  • Hartkloppingen of een onregelmatige hartslag. Raadpleeg uw arts of verpleegkundige.
  • Verhoogde bloeddruk.
Zeer zelden
  • Pijnlijke droge mond, tong of keel. Deze bijwerkingen ontstaan door ontsteking van de slijmvliezen van mond, keel en slokdarm. U kunt dit zien aan een vuurrode kleur van de slijmvliezen. Eten en drinken kunnen hierdoor pijnlijk zijn. In veel gevallen helpt het om op ijsblokjes te zuigen, tijdens en direct na de chemotherapie. Tijdens de behandeling kunnen ingrepen aan uw gebit of in uw mond de klachten verergeren. Daarom is het verstandig vóór u aan de behandeling begint, uw tandarts uw gebit te laten controleren en eventueel behandelen. Verzorg uw gebit extra goed door een aantal maal per dag te poetsen met een zachte tandenborstel. Ook kunt u spoelen met een desinfecterende mondspoeling.
  • Oogklachten, zoals droge ogen, wazig zicht en ontstoken ogen.
  • Hartklachten. Waarschuw uw arts bij ernstige benauwdheid of pijn op de borst na inspanning.
Neem contact op met uw verpleegkundige of arts als u te veel last heeft van één van de bovengenoemde bijwerkingen. Soms is het nodig om de dosering aan te passen zodat de bijwerkingen verminderen. Soms ook zal de arts een ander medicijn voorschrijven tegen de bijwerkingen.
Bespreek ook met uw arts of verpleegkundige als u zich zorgen maakt over bijwerkingen. Ervaart u andere bijwerkingen dan die hierboven staan? Meld dat dan aan uw apotheek, arts of verpleegkundige.
3 Hoe, wanneer en hoe lang?
Hoe moet ik dit medicijn gebruiken?Kijk voor de juiste dosering op het etiket van de apotheek .
Hoe?
  • Neem de capsule heel in met een half glas water. 
  • Maak de capsules niet open.
Wanneer?
Neem dit medicijn in op een lege maag. Dit is nodig, omdat de opname van de werkzame stof erg varieert met voedsel in de maag. Als u de omstandigheden elke dag hetzelfde houdt, zal het medicijn gelijkmatiger werken en is de dosering nauwkeuriger te bepalen.

U weet dat u een lege maag heeft als u langer dan twee uur geleden heeft gegeten. Eet na inname gedurende een uur niet. Het beste kunt u vaste tijdstippen kiezen om het medicijn in te nemen, dan vergeet u minder snel een dosis.
  • Als u het één keer per dag gebruikt: bij voorkeur ’s ochtends, bijvoorbeeld een uur voor het ontbijt.
  • Als u het twee keer per dag gebruikt: ’s ochtends en ’s avonds met een tussenpoos tussen de elf en dertien uur.
Hoelang?
Uw arts bepaalt voor iedere individuele patiënt afzonderlijk hoelang de behandeling voortduurt. Gebruikelijk is een behandeling van meerdere maanden tot jaren.

4 Dosis vergeten?
Wat moet ik doen als ik een dosis ben vergeten?
Het is belangrijk dat u dit middel consequent blijft slikken. Mocht u toch een dosis vergeten, neem deze dan zo snel mogelijk in. Maar slik geen dubbele dosis.
  • Als u dit middel één keer per dag gebruikt: duurt het nog meer dan acht uur voor u de volgende dosis normaal inneemt? Neem de vergeten dosis dan alsnog in. Duurt het nog minder dan acht uur? Sla de vergeten dosis dan over en bel uw verpleegkundige of arts.
  • Als u dit middel twee keer per dag gebruikt: duurt het nog meer dan vier uur voor u de volgende dosis normaal inneemt? Neem de vergeten dosis dan alsnog in. Duurt het nog minder dan vier uur? Sla de vergeten dosis dan over en bel uw verpleegkundige of arts.
5 Autorijden, alcohol, voeding
Als ik dit medicijn gebruik, mag ik dan...
autorijden?
Heeft u last van vermoeidheid, duizeligheid of slaperigheid? Dan kan dit uw rijvaardigheid beïnvloeden. Rijd geen auto als u hier last van heeft.
alcohol drinken?
Alcohol irriteert de slijmvliezen van het maagdarmkanaal. Het vergroot daardoor de kans op bijwerkingen op de maag en darmen. Gebruik daarom liever geen alcohol tijdens de behandeling of zolang u last heeft van uw maag en darmen.

alles eten?
Wanneer u fabrieksmatig grapefruitsap drinkt tijdens het gebruik van nilotinib, heeft u extra kans op bijwerkingen. U kunt wel grapefruitsap drinken, maar let daarbij op bijwerkingen.

Als u veel last krijgt van bijwerkingen die u niet eerder heeft gehad, moet u contact opnemen met uw arts of apotheker. Voor meer informatie kunt u hier de folder downloaden.
(Het sap van) een verse grapefruit kunt u wel gebruiken. In een glas fabrieksmatig grapefruitsap zitten namelijk veel grapefruits. U moet waarschijnlijk heel veel verse grapefruits eten, voordat er bijwerkingen ontstaan.
U mag verder alles eten wat uw maag verdraagt. Bepaalde soorten voedsel zijn echter af te raden als u last heeft van uw maag.
Op deze site kunt u onder ‘Klachten & ziektes’, ‘Maagklachten’ adviezen vinden voor mensen met maagklachten.
6 Wisselwerking
Heeft dit medicijn een wisselwerking met andere medicijnen?Dit middel heeft wisselwerkingen met andere medicijnen. In de tekst hieronder staan alleen de werkzame stoffen van deze medicijnen, dus niet de merknamen. Of uw medicijn een van die werkzame stoffen bevat, kunt u nagaan in uw bijsluiter onder het kopje 'samenstelling'.
Nilotinib kan de werking verminderen van vaccins. Meld altijd aan de arts dat u nilotinib gebruikt. Nilotinib kan de werkzaamheid van sommige soorten vaccins verminderen en de kans op bijwerkingen door de vaccins vergroten. Overleg met uw apotheker of arts als u moet worden gevaccineerd.
Sommige medicijnen kunnen de werking van nilotinib verminderen.
  • Overleg met uw apotheker of arts als u een van de volgende maagzuurremmers gebruikt: cimetidine, esomeprazol, famotidine, lansoprazol, nizatidine, omeprazol, pantoprazol, rabeprazol, ranitidine.
  • Gebruikt u een maagzuurbinder, zoals algeldraat of magnesiumhydroxide? Neem nilotinib dan minimaal 2 uur voor of 2 uur na de maagzuurbinder. Anders wordt de nilotinib niet goed opgenomen.
  • De middelen tegen epilepsie carbamazepine, fenytoïne, primidon en fenobarbital. Sommige van deze medicijnen worden ook gebruikt bij zenuwpijn en manische depressiviteit. Overleg met uw apotheker of arts als u een van deze medicijnen gebruikt of gaat gebruiken.
  • Aminogluthetimide, een middel tegen tumoren. Overleg hierover met uw arts.
  • Dexamethason, een middel gebruikt bij ontstekingen. Overleg voor gebruik met uw apotheker of arts.
  • Sint-janskruid (hypericum) een plantaardig vrij verkrijgbaar middel, gebruikt bij depressieve gevoelens en slapeloosheid. Overleg voor gebruik met uw apotheker of arts.
  • Rifabutine en rifampicine, medicijnen gebruikt tegen tuberculose. Overleg voor gebruik met uw apotheker of arts.
Sommige medicijnen kunnen de bijwerkingen van nilotinib versterken. Overleg hierover met uw arts.
  • Itraconazol, ketoconazol en voriconazol, antischimmelmiddelen om in te nemen.
  • Claritromycine en erytromycine, antibiotica.
  • Ritonavir, een middel tegen hiv.
Twijfelt u eraan of een van de bovenstaande wisselwerkingen voor u van belang is? Neem dan contact op met uw apotheker of arts.
7 Zwangerschap en borstvoeding
Kan ik dit medicijn gebruiken als ik zwanger ben, wil worden of borstvoeding geef?Zwangerschap
U mag dit middel NIET gebruiken als u zwanger bent of binnenkort wilt worden. Er is een grote kans dat het aangeboren afwijkingen bij het kind veroorzaakt. Gebruikt daarom een goede anticonceptie tijdens de behandeling.

Borstvoeding
Geef GEEN borstvoeding als u dit middel moet gebruiken. Het is niet bekend of dit medicijn in de moedermelk terechtkomt. Als dat zo is, zal het bijwerkingen bij het kind veroorzaken.
8 Stoppen
Kan ik zomaar met dit medicijn stoppen? Een behandeling tegen kanker is zwaar en kan moeilijk vol te houden zijn, ook al helpt het u de ziekte te verslaan. Wordt de behandeling u te zwaar, bespreek dat dan met uw arts of verpleegkundige. Samen kunt u de bijwerkingen bespreken en kijken of er alternatieven zijn.
9 Hoe te verkrijgen
Recept nodig en welke toedieningsvormen? Nilotinib is sinds 2008 internationaal op de markt. Het is verkrijgbaar in capsules onder de merknaam Tasigna.


Klik hier voor meer informatie over : Tasigna


Laatst gewijzigd: 6-10-2009
 
(bron: apotheek.nl)

Geen opmerkingen:

Een reactie posten